Hoe kunnen we ontsnappen aan de tweedeling mens-natuur? Wat betekent natuurbescherming als we de natuur niet langer opvatten als de omgeving die ons omringt, en beseffen dat beschermen voortkomt uit paternalisme? In een vurig betoog voert Baptiste Morizot ons naar zijn antwoord. Wij zijn deel van een weefsel van ‘het levende’: mensen en andere levende wezens, zoals bomen, planten en micro-organismen, die onderling samenhangen. Iets wat groter is dan wijzelf kunnen we niet beschermen. Wel kunnen we de omstandigheden creëren voor autonoom herstel. Morizot hanteert de metafoor van het vuur: de biosfeer is in gevaar, maar staat niet in brand. Ecologische niches met op de situatie toegespitste oplossingen vormen de gloeiende kooltjes die de leefomgeving haar levenskracht kunnen teruggeven. Met concrete voorbeelden laat Morizot het levende opvlammen.
In de media
‘Vaak wekt Morizots precieze woordkeuze bewondering. […]
Op deze manier levert Morizot de filosofische onderbouwing waarmee klimaatactivisten hun denken kunnen aanscherpen, zodat ze geen genoegen meer nemen met goedbedoelde maar betekenisloze kreten als ‘Red het klimaat’.
Toch richt Morizot zich niet alleen tot een publiek van activisten. Hij hoopt vooral een weg te bieden uit onnodige vijandschappen tussen landbouwers en ecologen. Zij laten zich uit elkaar spelen door de agribusiness, die profiteert van een valse tegenstelling tussen het exploiteren en beschermen van de natuur. De schrijver legt kraakhelder uit waaróm die tegenstelling vals is. ‘ – Trouw (4 sterren)